Aanvankelijk stond de wet ‘elke administratieve overheid’ toe dergelijke adviezen te eisen. De beslissing (van algemene en/of reglementaire aard) om een veiligheidsadvies te eisen kon enkel worden genomen “wanneer de uitoefening van een beroep, een functie, een opdracht of mandaat, of de toegang tot lokalen, gebouwen of terreinen, of het bezit van een vergunning, een licentie of een toelating door een niet-geëigend gebruik schade kan toebrengen aan de verdediging van de onschendbaarheid van het nationaal grondgebied en van de militaire defensieplannen, de vervulling van de opdrachten van de strijdkrachten, de inwendige veiligheid van de Staat, met inbegrip van het domein van de kernenergie, en het voortbestaan van de democratische en grondwettelijke orde, de uitwendige veiligheid van de Staat en de internationale betrekkingen van België, het wetenschappelijk en economisch potentieel van het land, de veiligheid van de Belgische onderdanen in het buitenland of de werking van de besluitvormingsorganen van de Staat”. Er waren vele toepassingsmogelijkheden. In 2005 dacht de regering vooral aan de volgende situaties: erkenning van de leden van het Executief van de Moslims van België; identificatiebadges op luchthavens voor personen die toegang moeten krijgen tot veiligheidszones; vrijstelling van de nationaliteitsvereiste voor godsdienstleraren; toegangstoelatingen tot gevangenissen voor aalmoezeniers en raadsmannen; vergunning voor wapenbezit en wapendracht als de aanvrager niet in België gevestigd is; of een speciale vergunning voor de uitvoer of doorvoer van wapens of militaire uitrusting.
Op 1 juni 2018 is een nieuwe regelgeving in werking getreden. De procedure voor het veiligheidsadvies is hervormd, zowel op het niveau van de reglementaire beslissing van de administratieve overheid als op het niveau van het individuele beslissingsmechanisme.
Op het niveau van de reglementaire beslissing bepaalt de nieuwe regeling dat de Koning de activiteitensectoren bepaalt die onder de toepassing van het veiligheidsadvies vallen en de bevoegde (sectorale) administratieve overheden voor elk van deze sectoren. In 2018 werd een specifiek koninklijk besluit uitgevaardigd [Link]. De publiek- en privaatrechtelijke rechtspersonen die onder de betreffende activiteitensector vallen voeren op eigen initiatief of op verzoek van de bevoegde administratieve overheid vervolgens een ‘risicoanalyse’ uit die aan die overheid wordt bezorgd. De administratieve overheid vraagt vervolgens een ‘analyse’ van de specifieke dreiging ‘aan de bevoegde diensten’ (hier worden hoofdzakelijk het OCAD, de ADIV of de Veiligheid van de Staat bedoeld). Na ontvangst van die analyse voert de bevoegde administratieve overheid een ‘impactanalyse’ uit die tot doel heeft de schade die kan worden toegebracht aan fundamentele staatsbelangen in kaart te brengen. Op basis van die elementen bezorgt de administratieve overheid een aanvraagdossier voor veiligheidsverificatie aan de Nationale Veiligheidsoverheid (NVO). Die overheid beslist in laatste instantie of de verificaties al dan niet mogen worden uitgevoerd. Tegen die beslissing kan beroep worden ingesteld bij het beroepsorgaan. Er is in overgangsmaatregelen voorzien voor de procedures die van toepassing waren voordat de wijziging van de regelgeving in werking trad.
Over de regeling van individuele beslissingen bepaalt het nieuwe systeem dat rechtspersonen in de betrokken sector de betrokkene moeten informeren over de verplichting om een veiligheidsverificatie te ondergaan. De veiligheidsofficier van de rechtspersonen moet vooraf de toestemming van de betrokkene verkrijgen. De veiligheidsofficier van de administratieve overheid moet op zijn beurt de conformiteit nakijken van de verificatieaanvragen en ze aan de NVO bezorgen, die binnen de opgelegde termijn (maximaal een maand) een uitspraak doet. Zo niet kan ze in gebreke worden gesteld om een uitspraak te doen binnen een termijn die ten minste gelijk is aan de aanvankelijk voorgeschreven termijn. Indien de NVO deze termijn laat verstrijken zonder een beslissing te nemen, wordt het advies geacht positief te zijn.