De overheid die het veiligheidsonderzoek (veiligheidsmachtiging) of de veiligheidsverificatie (in het geval van een veiligheidsattest of veiligheidsadvies) heeft uitgevoerd, bezorgt de volgende documenten aan de griffier: het onderzoeksverslag en het onderzoeksdossier (voor machtigingen) en het verificatiedossier (voor attesten of adviezen), het met redenen omklede verzoek om de veiligheidsverificatie uit te voeren, het origineel van de met redenen omklede beslissing en een kopie van de kennisgeving van die beslissing aan de eiser.

In sommige gevallen kan het voorkomen dat de veiligheidsoverheid (net als het beroepsorgaan) in de kennisgeving aan de betrokkene geen informatie kan opnemen waarvan de openbaarmaking de bij wet vastgestelde fundamentele belangen van de Staat zou kunnen schaden. Die belangen zijn de verdediging van de onschendbaarheid van het nationaal grondgebied, de militaire defensieplannen, de vervulling van de opdrachten van de strijdkrachten, de inwendige veiligheid van de Staat, met inbegrip van het domein van de kernenergie, het voortbestaan van de democratische en grondwettelijke orde, de uitwendige veiligheid van de Staat en de internationale betrekkingen, het wetenschappelijk of economisch potentieel van het land of elk ander fundamenteel belang van het land, de veiligheid van Belgische onderdanen in het buitenland, de werking van de besluitvormingsorganen van de Staat, de bescherming van de bronnen, het geheim van een lopend opsporings- of gerechtelijk onderzoek of de bescherming van het privéleven van derden.

Ten minste 5 dagen voor de zitting worden de eiser, en desgevallend zijn advocaat/advocaten, uitgenodigd om het onderzoeks- of verificatiedossier in te kijken. Gelieve vóór de raadpleging van uw dossier contact op te nemen met de griffie om het tijdstip van uw bezoek te bevestigen.

Het beroepsorgaan levert geen kopie van het dossier af.

In principe kan de eiser het hele dossier dat hem betreft raadplegen.

Op verzoek van de politie- of inlichtingendiensten kan het beroepsorgaan beslissen dat sommige inlichtingen uit de verklaring van een lid van een politie- of inlichtingendienst, uit het onderzoeksverslag, het onderzoeksdossier of het verificatiedossier geheim zijn omdat de openbaarmaking ervan schade kan toebrengen aan:

- de bescherming van de bronnen;

- het privéleven van derden;

- de vervulling van de opdrachten van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten;

- het geheim van een lopend opsporings- of gerechtelijk onderzoek. Het beroepsorgaan pleegt hierover overleg met de bevoegde magistraat.

Wanneer die inlichtingen afkomstig zijn van een buitenlandse inlichtingendienst, wordt de beslissing tot niet-inzage genomen door de inlichtingen- en veiligheidsdienst.

Tegen die beslissingen van niet-inzage is geen beroep mogelijk.

Beroepsorgaan  |  Leuvenseweg 48 / 5  |  1000 Brussel  |  info@beroepsorgaan.be  |  T : +32 (0)2 286 29 11  |   F : +32 (0)2 286 29 99 |  Sitemap